Zelfstandig reizen met openbaar vervoer

 Van 1984 tot 1990 zat ik intern op het internaat van Instituut voor Doven te Sint-Michielgestel. Daar kreeg  ik als slechtziende mobiliteit training vanaf 1984. Zoals op straat lopen, oversteken en ook met de bus reizen. In 1986 leerde ik van mobiliteit training met de bus naar Den Bosch te gaan reizen. Ik gebruikte een herkenningsstok voor de mobiliteit.

 

Tekst: Johan Groskamp
Bron: Raakvlak, Oogvereniging OOR&OOG

Toen ontdekte ik dat het heel leuk is om zelfstandig te gaan reizen. Ik zat te denken: Waarom niet met de trein? Een hoogleraar Doofblindheid beweerde dat doofblinden niet zelfstandig kunnen reizen en ook niet alleen kunnen wonen. Daar ben ik heel serieus over na gaan denken. Ja ik wil zelfstandig reizen en zelfstandig alleen wonen. En ben ik aan het vechten voor mijn eigen belang. In 1988 heb ik met mijn ex-groepsleidster en ex-leraar gesproken over met de trein zelfstandig reizen. Ik was het al beu om met de touringcar van het instituut voor Doven (elke vrijdagmiddag en zondagavond) van Haarlem naar Sint-michielgestel en andersom te reizen.

Mijn ex-leraar steunde mij ook goed en had een boze brief geschreven naar de hoogleraar Doofblindheid dat hij niet moet oordelen en niet zo moet denken. Ze beweren dat doofblinden geen problemen kunnen oplossen.

Proefrit

In februari/maart 1989 had ik als mobiliteit training een proefrit van Vught naar Utrecht met een stoptrein gereisd. Nu wist ik waar ik de treinkaart moest kopen en het spoor moest vinden en zo de juiste trein te nemen.

Mijn ex-groepsleidster en ik hebben een brief naar de gemeente Haarlem geschreven voor reiskostenvergoeding. De gemeente Haarlem had toegezegd dat ik reiskostenvergoeding kreeg maar dan moet ik alle papieren werk verzamelen en formulieren invullen.

Het was zover dat ik na schooltijd van School Eikenheuvel in Vught te voet naar het station Vught liep met een mobiliteit trainer. Dan nam ik de stoptrein naar Den Bosch, daarna ging ik overstappen en nam ik de trein die naar Zandvoort aan zee reed. Deze trein stopt bij station Haarlem. Het was mijn eerste avontuur…

Het ging goed. Ik ging officieel vanaf 2 april 1989 geheel zelfstandig met trein reizen. Op vrijdagmiddag reisde ik van Vught naar Haarlem. En op zondagavond reisde ik van Haarlem naar Gestel. Dat vond ik heerlijk om te gaan reizen.

In deze tijd kennen we geen internet en geen luxe dingen, zoals we nu het hebben. Ik kocht een dik geel spoorboek. En dan moest ik het zelf uitzoeken. Het was leuk om te puzzelen waar je ging uitstappen en overstappen.

In de zomer 1989 nam ik tienertoer dan kon ik geheel Nederland voor 4 dagen onbeperkt reizen zoals naar Venlo of Hellendoorn.

Internationaal treinreizen

 

In april 1991 ging ik met vrienden met de Benelux trein naar Brussel. Dat was voor ons een avontuur om te ontdekken. Toen moest ik alles zelf regelen voor hen. Bijvoorbeeld de  tickets en tijden, die ik op papier moest schrijven. Ook een plattegrond van Brussel die ik meenam. We namen dagretour naar Brussel. Dat vonden we echt avontuur en een geslaagde dag. We moeten om 07.00 uur uit Amsterdam vertrekken. Dan zouden we om 10.00 uur in Brussel aankomen. Rond 19.00 uur vertrokken we weer uit Brussel om in Amsterdan om 22.00 uur aan te komen.

En ook naar Keulen in Duitsland hebben we een dagretour gemaakt. Dat vonden we geslaagde dag.

Problemen aan spoor?

De hoogleraar Doofblindheid beweerde dat doofblinden hun problemen niet kunnen oplossen.

Van 1989 tot 1991 heb ik geen problemen gehad met het reizen. Maar…… In begin van mei 1991 was er een conducteur in Amsterdam door een zwartrijder met een mes doodgestoken. Veel conducteurs voelden zich niet veilig. Ze riepen op 14 mei 1991 tot staking uit. In die tijd was er geen internet. Ik moest via teletekst kijken. Op teletekst melden ze dat er treinen zeer ontregeld konden worden. Het bleef zeer onduidelijk.  Op 14 mei 1991 was mijn vader jarig. Ik ging met de trein op 14 mei 1991 toch reizen. Ik wilde een kaart kopen bij het loket in Den Bosch. De verkoopster gaf aan: Er reden geen intercity treinen naar Haarlem. Ik vroeg aan haar: Rijdt er een trein naar Utrecht? Ik had snel een oplossing in mijn gedachte. Ze zei: Ja. Ik bestelde een enkele reis naar Utrecht en een lange strippenkaart (45 strippen). Waarom lange strippenkaart?

Tijdens de NS staking reden er alleen stoptreinen in het zuiden tot Utrecht. In het Noorden en de Randstad reden er geen enkele treinen. Ik ging met een stoptrein uit Den Bosch naar Utrecht. Dan stapte ik uit bij Utrecht CS. Ik zag een mooi blauw groot bord dat helemaal blanco stond. Toen zocht ik de bus, lijn 125 richting Haarlem. Die moest ik hebben. Ja, Ik heb het gevonden. Ik nam deze bus naar Haarlem vanuit Utrecht. Dat zal meer dan anderhalf uur reistijd geweest zijn. Dit ritje kostte 15 strippen. Ik was goed bij mijn vaders feest gekomen en bleef slapen. Het bleef wel een avontuur om alles op te moeten lossen als je alleen heen en weer reist. Maar deze kwestie had ik opgelost.

Ik reis nog steeds met de trein naar Utrecht waarbij ik naar Hogeschool Utrecht en ook naar de  Oogvereniging reis. Dat doe ik nog met veel plezier met de trein. Er is veel veranderd in reizen in de loop der tijd. Van een ouderwetse manier tot het gebruik van digitaal. Zoals de NS app en trein app.

Lopend spoorboek

Men noemt mij een lopend spoorboekje. Omdat ik veel  tijden en spoor nummers uit mijn hoofd ken. Ik onthoud alles.